Wijzigingen in Wet tegengaan huwelijksdwang
Op 5 december 2015 is in Nederland de Wet tegengaan huwelijksdwang in werking getreden. De nieuwe wet beoogt de huwelijksvrijheid te vergroten door maatregelen te nemen die huwelijksdwang moeten beteugelen en door de erkenning van in het buitenland gesloten huwelijken beperken.
Concrete maatregelen die genomen worden zijn een verbod op het sluiten van een huwelijk waarbij een man of vrouw de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, een verbod op het sluiten van een huwelijk met een bloedverwant in de derde of vierde graad in de zijlinie (tenzij de aanstaande echtgenoten bij de ambtenaar van de burgerlijke stand ieder een beëdigde verklaring hebben afgelegd, inhoudende dat zij hun vrije toestemming tot het huwelijk geven) en het inperken van de mogelijkheid tot erkenning van in het buitenland gesloten polygame huwelijken.
Huwelijk minderjarigen
Hoewel de wetswijziging van 5 december 2015 primair tot doel heeft huwelijksdwang tegen te gaan, heeft de wet ook gevolgen voor (minderjarige) personen die vrijwillig in het huwelijk willen treden.
Onder het “oude” recht, bevatte art. 31 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering namelijk uitzonderingen op het feit dat men een leeftijd van 18 jaar moest hebben bereikt om in het huwelijk te treden. Ondanks het feit dat een persoon minderjarig was kon een huwelijk plaatsvinden, indien de betrokken persoon de leeftijd van 16 jaren had bereikt en de vrouw een verklaring van een arts overlegde die bevestigde dat zij zwanger was of reeds een kind ter wereld had gebracht. Daarnaast kon de Minister van Justitie “om gewichtige redenen” een ontheffing verlenen om ondanks minderjarigheid een huwelijk aan te mogen gaan. Deze laatste mogelijkheid (verlening ontheffing door de Minister) was met name in het leven geroep voor gevallen waarin mannen/vrouwen jonger zijn dan 16 jaar of wanneer geen sprake is van zwangerschap.
Bij het oorspronkelijke ontwerp van de Wet tegengaan huwelijksdwang was het plan om bovenstaande uitzonderingen uit art. 31 te schrappen en in plaats daarvan één enkele uitzondering op het huwelijksverbod van personen jonger dan 18 jaar mogelijk te maken. Deze uitzondering zou het geval betreffen waarin een minderjarige vrouw die de leeftijd van 16 jaren heeft bereikt door de rechter meerderjarig is verklaard in verband met een zwangerschap/kind (artikel 1:253ha Burgerlijk Wetboek).
Op advies van diverse instanties (waaronder De Raad voor strafrechtstoepassing en jeugdbescherming) werd echter ook deze uitzondering op het verbod uit het wetsontwerp geschrapt. De bezwaren tegen het bestaan van de uitzondering waren onder meer:
- het feit dat de uitzondering zou leiden tot ongelijkheid tussen jongens en meisjes (alleen meisjes kunnen zich op grond van art. 1:253ha meerderjarig laten verklaren);
- het ontstaan van een inconsistentie tussen behandeling van huwelijken gesloten in het Nederland en huwelijk gesloten in het buitenland (huwelijken gesloten tussen personen jonger dan 18 jaar zouden in Nederland nooit erkend worden, terwijl huwen op een leeftijd jonger dan 18 jaar in Nederland onder omstandigheden wél mogelijk zou blijven);
- Internationaalrechtelijke problemen.
Huwen voordat beide aanstaande echtgenoten de leeftijd van 18 jaren hebben bereikt is in Nederland dus onder de nieuwe wet van 5 december 2015 in het geheel niet meer mogelijk.